Brieven aan de Kerstman
Delen
Buiten viel zachtjes sneeuw en bedekte de straat met een stille witte deken. De wereld achter het raam gloeide met de glinstering van kerstverlichting, maar binnen voelde alles nog warmer aan. De open haard knetterde zachtjes en wierp een gouden licht over de woonkamer, waar drie figuren dicht bij elkaar aan tafel zaten.
"Vergeet niet hem te zeggen dat je lief bent geweest," zei de vader glimlachend boven zijn kop chocolademelk.
"Dat ben ik!" protesteerde Emma, de jongste, haar potlood boven een half afgemaakte brief. Haar handschrift was zorgvuldig en onregelmatig, elk woord gevormd met diepe concentratie. "Ik weet gewoon niet of hij zich zal herinneren wat ik vorig jaar heb gevraagd."
Haar moeder boog zich dichterbij en streek een haarlok van haar voorhoofd. "Hij herinnert zich alles," zei ze zachtjes. "Maar het is altijd fijn om weer te schrijven. Zo weet de magie je te vinden."
Emma knikte ernstig en hervatte haar taak. De enige geluiden waren het gekras van haar potlood, het zachte plopgeluid van het vuur en een vage melodie van kerstliedjes op de achtergrond.
Op het dressoir brandde een kaars zachtjes, de vlam constant. De geur dreef de kamer in – een warme, bedwelmende geur die aanvoelde als een winteravond die gehuld was in zachtheid. Fruitig, zoet en kruidig, droeg het de troost van glühwein die je deelt met je dierbaren. 'Christmas Cheer'. Het vouwde zich in het moment, zo natuurlijk als de gloed van het vuur.
Toen Emma eindelijk haar brief af had, vouwde ze hem netjes op en plakte er een rode ster op. "Klaar!" tjilpte ze, terwijl ze hem trots omhoog hield. Haar ouders applaudisseerden lachend.
Haar vader tilde haar op zijn schoot. "Dus," vroeg hij, "wat heb je deze keer gevraagd?"
Emma's glimlach werd breder. "Een sneeuwbol," fluisterde ze. "Maar niet zomaar een – eentje die nooit ophoudt met sneeuwen."
Haar ouders wisselden een blik uit – een van die stille, veelbetekenende blikken die jaren van gedeelde verhalen met zich meebrachten. Momenten zoals deze, klein en perfect, waren de momenten die ze het meest koesterden.
Terwijl de avond in een zachte stilte viel, bleven ze nog wat langer bij het vuur, hun cacaomokken nu leeg, de kaars nog steeds warm brandend. Buiten dwarrelden sneeuwvlokken loom uit de lucht.
En in die stilte – omgeven door flikkerend licht, de zoetgeurende geur van 'Christmas Cheer' en de hoopvolle brief van een klein meisje – voelde het onmogelijk om niet te geloven dat magie echt was.